-De Kring- sprookjes en werkelijkheid in avondland
Jane Crawfurd
Home
Jane Crawfurd
Groepen en Deelnemers
Kring Netwerk [een leuke soap?]
Kringweekenden
Uit vergaderingen

jane.jpg
Jane Crawfurd, staflid van de Kring van 1976 tot april 1988

- JANE -

(Haar laatste zeven maanden op de Kring)

De zomer van 1987 brachten Nancy en ik door in Spanje en een klein stukje van Portugal. En we konden nog niet vermoeden welk een onheil het najaar en het voorjaar van 1988 zouden brengen. Veranderingen hadden intussen al wel plaatsgevonden op het werk. Lenny had haar biezen gepakt naar de Open school en Martie vertrok per 1 mei 87 naar Duizendschoon.

Af en toe spraken we onderweg wel eens over de sfeerveranderingen op de Kring en de nogal neerbuigende houding van Frans, Lenny en Martie tegenover Jane, maar omringd door de enorme schoonheid van Extremadura komt men toch niet veel verder dan wat opmerkingen of losse herinneringen. Een van de stuitendste herinneringen was Martie's opmerking dat met het vertrek van Lenny en haar er geen vrouwen meer waren op de Kring en de staf toch wel nodig aangevuld moest worden.

En Jane, nee die kon niet op vakantie, of het was al uit in juni met John Snels of nog niet, de hoge kosten van haar huisje zullen het haar wel belet hebben. Intussen was het al bekend onder vrienden dat ze zich liet onderwijzen in de Bijbel door mensen van de getuigen van Jehovah. De keren dat ik bij haar kwam, zaten we vaak in het sombere keukentje en meestal draaide het gesprek uit op een uitwisseling van opvattingen waarbij het me natuurlijk niet ontging hoe goed ze zich thuis voelde bij een letterlijke interpretatie van teksten.

De enige steun die ze daarbij had, kwam van Wim de Jong die, hoewel geen Bijbellezer, zich goed kon vinden in de Utopische gedachten rond mens en samenleving zoals Jane die ventileerde. In welke mate hij het Godsidee van Jane onderschreef is niet duidelijk. De tijd die ze samen hadden afgesproken voor klussen aan het huis verdween al spoedig in eindeloze gesprekken waarbij zij zich, naar ik aanneem, wel voelden.

Op een keer heeft Nancy ook een dag meegeholpen met schilderen in Jane's huis. Tegen vier uur kwam Wim de Jong en tijdens het eten van tosti's begonnen de bespiegelingen over het paradijs op aarde weer, eindeloos en misschien wel oeverloos. Zeker voor Nancy.

Op de Kring werd hier nauwelijks over gesproken, zeker niet toen Jan Denissen compleet verbaasd, ik meen in lachen uitbarstte bij het vernemen van Jane's nieuwe interesse. Ook Erik zal niet geweten hebben wat hij ervan moest denken. Van het clubje was ik de enige die met interesse haar Bijbelgedachten aanhoorde en ze voorzag van commentaar.

Aanvankelijk vond ik het ook maar een vreemde zaak. Jane werkte sinds 1976 op de Kring, 10 jaar heb ik haar dus van nabij meegemaakt zonder dat er ooit over de Bijbel werd gesproken. En opeens was ze er zo intensief mee bezig.

Al pratend werd me toch wel duidelijk dat we bepaalde gevoelens ten opzichte van mens en samenleving deelden. Haar gevoelens ten opzichte van zaken als rechtvaardigheid, werk, relaties, competitie binnen de samenleving, beloning en andere begreep ik al te goed. Uiteindelijk zocht ze haar toevlucht in de Bijbel waar al haar vermoedens bevestigd werden. Maar de samenleving bleef voorlopig zoals ze was.

Het najaar

In oktober verdween Frans binnen een dag. s'Morgens was er nog niets aan de hand en s'middags werden de papieren geregeld en getekend en hij verdween met wachtgeld en daarmee verdwenen 30 formatie uren in een dag. Spijtig vond ik zijn vertrek niet, ik vind dat een man met vrouwen moet kunnen werken maar een man die altijd vrouwen als ondersteuning binnen de werksituatie nodig heeft, tja wat kan men daarvan zeggen? Ik denk dat Jane er ook niet zo rouwig om is geweest. De onbeschoftheid waarmee het trio Lenny, Martie en Frans, Jane soms heeft bejegend, is bepaald niet leuk. Wat te denken van het verslag van de naaigroepen dat al klaar was voordat Jane er erg in had en geschreven was door Lenny?

En met regelmaat spraken Jane en ik over die vervloekte basiseducatie in welk keurslijf iedereen gepropt moest worden. De bijscholing die we al aan het volgen waren op de Open school was een regelrechte ramp voor haar. Dat afschuwelijke gelul over educatieve ditjes en datjes maakte haar helemaal van streek en menigmaal kwam dat ook bij mij thuis ter sprake. In die tijd had ik al plannen om dan maar te gaan waarop zij dan antwoordde dat het voor haar niet zo gemakkelijk lag. En inderdaad was dat ook zo.

En de groepen begonnen, zonder al te veel aandacht want hoe bouwen we om of in officieuze termen "hoe hangen we het vormingswerk zo snel mogelijk op"? De sfeer begon aanzienlijk te veranderen. Noodgedwongen werden eens stevige groepen opgevangen door gastdocenten die natuurlijk om 10 uur naar huis gingen waarmee de groep zoetjesaan ook naar huis werd gestuurd. Het tekort aan formatie bleek wurgend te werken op de gehele situatie. Daarbij was ook Jan druk aan het solliciteren terwijl Erik nog steeds vervanging was van Henk Bekink. Ook al een weinig zekerheid verschaffende situatie.

En toen, in die oktobermaand, iedereen binnen de stichting was al druk bezig zich een veilig educatief nestje te bouwen met uitzondering van de Kring mensen, werd de gehele staf van de Kring uitgenodigd voor een gesprek met de belco (beleidscommissie) op 7 oktober.

De commissie bestond uit de volgende mensen:

Frank Pulskens, directeur van de stichting VET, Jos Beks, afdeling Kierschool, Adje van de Made en Paula Sukel, afdeling Open school, Heleen vd Bosch, Jongeren Noord Akkefietje, Martie van Bossum, afdeling Duizendschoon en Wilma Janssen, coordinatrice-assistente van Frank.

Namens de groep voerde Jos Beks het woord en in niet mis te verstane termen werd twijfel geuit ten opzichte van de Kringstaf en speciaal ten aanzien van het functioneren van Jane en mij. Het leek de commissie een goed idee om in het kader van herstructurering van het jongerenwerk Jane te detacheren naar de Open school op het Wilhelminapark en ik zou dan gedetacheerd worden bij de Kierschool op het Korvelplein.

Ik vermoed dat wij nog de groep rondgekeken hebben, misschien wel omdat we nog niet geloofden dat dit allemaal werkelijkheid was. De directeur zat er zwijgend en wat ineen gezakt bij zonder een procedurele ingreep te doen in deze haast complete veroordeling van ons tweeën. En dat zomaar zonder enige evaluatie. We hebben het verhaal min of meer onverschillig aangehoord en zijn zonder veel te zeggen opgestapt.

In de daaropvolgende dagen bleek hoe erg Jane onder dit besluit, deze veroordeling, geleden moest hebben. "Nu kunnen ze met me doen wat ze willen als ik daar alleen op de Open school zit" en "hoe weten ze nu hoe ik functioneer in de naaigroepen?" En menigmaal moest ze huilen door deze hele ontwikkeling binnen het werk.

Het gedrag van de belco verwonderde me geenszins, ik had er toch zelf minstens drie jaar in gezeten en zelf meegemaakt hoe men bij afwezigheid van de directeur elkaar "opfokte" om de val van Frank enige bodem te verschaffen en voor te bereiden. Dat gebeurde tijdens een vergadering ergens in 1986 ten tijde van de fusie met alfabetisering, cursuscentrum Noord en de Twern. Ik heb me tegen dit soort praktijken verzet en stond daar dan altijd alleen in.

In conflictsituaties kan ik me snel instellen op een oorlogssituatie waarin ik ook nog wel het een en ander te vertellen heb. Bij Jane ligt dat helaas totaal anders. Haar vertrouwen in een deel van de mensheid was totaal geknakt, het volstrekt onmogelijke, dat destructieve dat in haar optiek niet mocht bestaan, bestond heel echt.

Het enige wat ik van haar prive-leven wist, was dat het definitief uit was met John Snels en dat ze weer alleen voor de kosten van het huis moest opdraaien. Haar 20 uur op de Kring waren daar toch te weinig voor en ze besloot op de zaterdagen bij Smarius te gaan werken. Tegen de achtergrond van het avondwerk op de Kring was dat best een hele klus. Op maandag-, dinsdag- -en donderdagavond had ze naaigroepen en op de woensdagavond "de Schatjes", een aardige groep van licht-verstandelijk gehandicapte jongeren. Als ouderwets Kring-staflid ging ze dus ook nooit om 22.00 uur naar huis en vond het ook bij haar taak horen om na de groepen nog even in de bar te blijven.

Met man en macht probeerden Erik, Jan en ik haar te ondersteunen maar de angst voor de toekomst zat er goed in. Jan trachtte haar ook op direkte manieren te helpen. Zo kende hij een meisje uit Turnhout dat een kamer nodig had vanwege studie in Tilburg en hij adviseerde dit meteen aan te pakken zodat ze eventueel Smarius kon laten vallen. Jan is een praktische jongen die niet al te zeer geplaagd wordt door regels, voorschriften etc. en vond dat ze best, zeg een f 400.- kon vragen, zo dicht bij de universiteit. Zwart weliswaar, maar toch. De verbijstering bij ons was groot toen ze er niets van wilde horen en ze bleef dus bij Smarius werken.

N001:001801600004

Besluitenlijst beleidscommissie, besluit nr. 110. Formele vaststelling door bestuur van verschuiving L.Wiegers en J. Crawfurd naar resp. Kierschool en Open school. FP dec.'87

Intussen was de belco zo "beschaafd en bereid" om Jane en mij op 12 oktober nadere toelichting te verschaffen en petit comité. Daar zouden dan Frank, Jos Beks en Adje van der Made bij zijn. Dit is de enige keer dat ik een strijdvaardige Jane heb gezien. We hadden ons uiteraard voorbereid op een manier die het comité zeker niet zou verwachten.

Nadat we gezeten waren, sloeg Jane haar map open en begon zonder veel plichtplegingen vragen af te vuren op Adje en Jos. Men mag Jane misschien geen persoonlijkheid noemen maar toen stond ze voor haar zaak en de reactie van met name een "geemancipeerde" vrouw als Adje van der Made was van een allerbedroevendst niveau. In zekere zin gold dit ook voor de heren die een dergelijke opening niet hadden verwacht.

Het onderhoud duurde nog geen vijf minuten en we vertrokken met de mededeling dat geen van ons twee er ook maar over dacht om het gebouw te verlaten. En dat was het voorlopig.

Intussen werd er normaal doorgewerkt en wachtten we af hoe ze nu weer in de aanval zouden gaan. Jane en ik hadden het veel over de nare werkomstandigheden.

Op 25 november besloot Jan Denissen zich terug te trekken uit de beleidscommissie van de stichting. Hij meende zeker te weten dat er dingen speelden die het werk op de Kring of deden stagneren of mogelijk zelfs bewust gecreerd werden om een bepaalde verandering zo snel mogelijk te bewerkstelligen.

Op 26 november gingen Jane en ik s'middags naar de examendag van het mode-instituut Kuppens-Geurts in het Wit Paardje waar Monique Kuipers zou afstuderen. Misschien zou Jane weer zin krijgen in iets met mode buiten de Kring bij het zien van de modeshow maar ze was niet in zo'n enthousiaste bui. Voordat het afgelopen was, wou ze al weg en we wandelden wat door het winkelcentrum Noord, daarna kwam ze bij ons eten.

Op 26 november schreef ik de volgende brief aan het bestuur waar het bestuur overigens nooit op geantwoord heeft.

 

Tilburg, 26 november 1987

Het bestuur van de Stichting Volwasseneneducatie Tilburg

Geacht bestuur,

Een aantal ontwikkelingen in de eerste maanden van het nieuwe cursusjaar hebben ertoe geleid dat ik me tot U richt. Daarbij richt ik mij tot U als Kringmedewerker.

De Kring is in het nieuwe cursusjaar gestart met een plan dat na een herziening door de belco, de basiseducatie diende er nog in verwerkt te worden, alsnog goed werd bevonden. Op woensdag 7 oktober verklaarde de belco dat de nieuwe koers, echter niet het door de belco goedgekeurde plan van de Kring, door hen zou worden uitgezet.

Naar mijn stellige indruk was de belco ook unaniem de mening toegedaan dat Jane Crawfurd en ondergetekende niet bekwaam waren voor jongerenwerk, laat staan voor basiseducatie met jongeren. Overigens wilde men ons nog wel toelichting verschaffen op de uitspraak van de belco. Dat gebeurde op de ochtend van de 12de oktober. Wie schetst onze verbazing toen een van de afgevaardigden van de belco, Jos Beks, ons te verstaan gaf dat voor een nieuwe opzet van het vormingswerk Jane Crawfurd en ondergetekende toch wel de meest aangewezen personen waren.

Inmiddels heeft Frans van de Sande de Kring verlaten hetgeen slechts kon indien hij alsnog op de rechtspositie V&O ging zitten. Daartoe was het nodig te ruilen met Jan Denissen die vanaf dat moment de rechtspositie BE verwierf. Vanaf dat moment werd het V&O-werk van 70 uur uitgevoerd door 40 uur V&O-formatie en 30 uur BE-formatie. Bij deze snelle besluitvorming waren wij ons destijds te weinig bewust van de consequenties die dit met zich meebracht.

Intussen was de belco gereed met een nieuwe schets voor het V&O-werk die er op neer zou komen dat dit werk voortaan gedaan zou worden met 20 uur formatie en uurdocenten voor de resterende 20 uur. Het werd toen duidelijk dat de eerste bezuinigingsgolf in alle hevigheid de Kring had getroffen, 30 uur V&O-werk was zomaar verdwenen. Naar mijn mening wordt het toch al schaarse vormingswerk op deze wijze verder uitgehold. Het Kringteam kan zich ook met recht afvragen wat het nut is van het voorleggen van werkplannen aan de belco die vervolgens goedgekeurd worden maar niet de gelegenheid krijgen om uitgevoerd te worden.

Mijn collega Jan Denissen heeft na overleg met het team, op 25 november jl. aan de belco meegedeeld niet meer aan de commissie te kunnen deelnemen. Ook ik ben de mening toegedaan dat de belco in dit stadium niet meer een wezenlijk stichtingsbeleid voert maar dat specifieke afdelingsbelangen vooral een rol spelen.

De uitspraken ten aanzien van Jane Crawfurd en mijzelf heb ik in de sub-commissie van de belco duidelijk gekwalificeerd als onbeschoft, arrogant en niet terzake. In dit opzicht is de belco te ver gegaan. De daarbij voorgestelde plannen om Jane Crawfurd en mij te detacheren of te doen begeleiden door respectievelijk Open school en Kierschool komen bij ons over als een speciale campagne waarvan wij slechts naar de oorzaak kunnen gissen. Met verantwoord personeelsbeleid heeft dit niets meer te maken. Voor wat betreft de intern aangeboden bijscholing kan gesteld worden dat wij daar steeds gebruik van hebben gemaakt. Daarnaast hebben wij ons reeds twee keer aangemeld bij de Pabo.

Ten aanzien van de Kring hebben een aantal "beleids"beslissingen zoveel veroorzaakt, zowel naar de werksoort V&O als naar individuen dat ik onderhand toch wel vraagtekens zet bij dit dagelijks beleid en mij ondermeer afvraag in hoeverre het bestuur op de hoogte is van dit soort zaken.

Met vriendelijke groet tekent,

L.V.M.Wiegers

teamlid-vd-Kring (sinds 1 aug 1973)

 

In die laatste maanden van 1987 deed het begrip BE aanjager zijn intrede, de man of vrouw die de basiseducatie op de Kring een push moest geven en er werd een sollicitatiecommissie ingesteld, bestaande uit Frank-Pulskens, Lenny van Kempen en Wilma Jansen. Vanuit de Kring werd daar zonder iets te vragen Erik Neve aan toegevoegd die echter geen stemrecht kreeg. Natuurlijk zag die af van deelname aan een dergelijke club. De keus viel vervolgens op mij die, spuugzat van alle operaties binnen de stichting, er ook van afzag. Jane, ondanks alles bereid tot enige cooperatie, stelde zich dan maar kandidaat, maar dat ging helaas niet. Het 'waarom-niet' kon echter pas na de sollicitatieprocedure meegedeeld worden. In een brief van 16 december 1987 maakt het Kringteam bekend bezwaar te hebben tegen de gevolgde procedure. De brief wordt ondertekend door Jan Denissen, Lenno Wiegers, Jane Crawfurd en Erik Neve.

Tussen de bedrijven door komt Frank Pulskens nog op bezoek om "spijkers met koppen" te slaan, het besluit van de belco omtrent dedetachering van Jane en mij moet onderhand geeffectueerd worden. Ook dit onderhoud is van zeer korte duur. Jane en ik delen mee contact te hebben met de advocaat van het OVB (Onafhankelijk Verbond van Bedrijfsverenigingen) en voorts dat we echt niet van plan zijn om uit het gebouw te vertrekken. Hij moet ook maar een advocaat in de arm nemen. Als toetje kunnen we nog meedelen dat we Jos Beks officieel niet meer wensen te zien en dat hij grote kans loopt bij het eerstvolgende onvertogen woord in elkaar gerammeld te worden. Dan zullen we eens met z'n allen naar de kantonrechter stappen, geen prettig vooruitzicht voor de stichting. En jawel, we hebben nooit meer iets gehoord over dit "besluit" van de beleidscommissie.

Kerst en oud op nieuw 87/88

In de sfeer van de oude Kring nemen Jane en ik het op ons om de Kerstviering te organiseren. Het zal een koffietafel worden met live muziek en een borreltje in de bar op de tweede kerstdag s'middags. De koffietafel is helemaal vol en er heerst een leuke stemming. Tussendoor komen er nog mensen binnen om wat te drinken en Jane ziet er zoals vanouds leuk en fleurig uit.

Op oudejaarsnacht komen we Jane nog tegen bij La Cabane. Ze komt dan na 12 uur van een feest bij Wilma Lemmens en is ondanks de kou wat dunnetjes gekleed. We vieren feest en hoeven even niet aan de ellendige werksituatie te denken.

In die maanden wandelen we tussen de middag geregeld, of met de hele club maar ook wel eens met z'n tweeën.

Op een middag staan we in de hal van de Heuvelpoort naar een kledingzaak te kijken en ik vraag aan Jane waarom ze toch niet naast haar 20 uur wat meer met kleding doet maar nog steeds moet ze niets hebben van dat "zwarte" gedoe. Ik word er soms wat kregelig door, en zeker als ze me dan vertelt dat ze voor de pakken die ze voor Vengeance heeft gemaakt weer te weinig gekregen heeft. Op z'n Tilburgs denk ik maar "dat schiet niet op zo".

1988

In dat jaar moeten we afscheid nemen van Jan Denissen die nu echt naar de Antillen afreist en we vieren z'n vertrek met een leuk feest op de Kring met de band Pegasaya.

De be-aanjager is intussen aangenomen in de figuur van Wil Loonen, voorheen educatief werker op de Kierschool. Hij zal Jane en mij coachen hoewel ik de indruk kreeg dat hij mij meer coachte bij mijn voorgenomen vertrek per 1 januari 89.

Op 19 januari 88 krijg ik van Jane een gedichtje. Voor de eerste keer want zoiets heb ik nog nooit van haar gehad in alle jaren dat ik haar ken. Vreemd genoeg is het gedicht gedateerd op 18-1-87.

19 januari viel op een dinsdag, in die tijd nog een leuke avond. Op de maandag werkt Jane ook maar dan gaat ze meestal meteen na de groep naar huis omdat er verder niemand is. Het gedicht luidt als volgt:

Tilburg,-18-1-'87

Lieve-Lenno,

Ik zat vanavond aan Marke's buro

En las jouw gedichtjes aan de muur

Wat heb je toch een hoop fantasie

Steeds komt er iets nieuws uit nie?

Toen besloot ik voor jou wat te schrijven

In de hoop dat je nog lang op de Kring mag blijven

Maar die hoop is helaas tevergeefs

Want je wilt naar het land van Louis Neefs

Veel geluk met je nieuwe carrière

En met Nancy 'n fijne affaire

rijmt hè?

Love Jane

 

In de maand februari zijn er een paar voorvallen die ik ook wat merkwaardig vind.

Op een middag heb ik Cecilia Curiel aan de lijn. Zij heeft ook geruime tijd op de Kring gewerkt en houdt met een paar mensen nog steeds contact. Cecile en ik praten wat en ze vertelt me wat over numerologie. Tijdens zo'n babbeltje is Cecile aan de andere kant allang druk aan het rekenen en oppert al van alles en nog wat. Als ik aan Jane vraag of zij daar geen interesse in heeft, volgt er een uitbarsting. Ze wil er niets mee te maken hebben en waar die Cecile zich wel mee bezig houdt. Ze hoeft ook Cecile niet te spreken.

Het moet ook in deze tijd geweest zijn dat ze had besloten niet meer zoveel contact te hebben met Henk Bekink. Henk was al tijden thuis na de dood van Jeanneke om zelf voor de kinderen te zorgen en het schijnt dat Henk wel eens op bezoek kwam of dat zij daar op bezoek ging. Nou dat hoefde niet meer, ze zou nu eens vooral levenslustige opgewekte mensen opzoeken(???).

Een ander moment vindt Jane dat Ria, het meisje dat op dinsdag avond de omloop (koffie, thee, telefoon aannemen) verzorgt, de kopjes niet goed afwast. Of Erik dat tegen Ria wil zeggen. Het lijkt voor ons alsof Jane grillig wordt en 'zoekt'. Het geval van de kopjes lijkt erg onwaarschijnlijk omdat de deelnemers zelf Ria meteen bij haar kladden pakken als het nodig is.

Maar er is ook nog ruimte voor wat leukere dingen. En op 23 februari gaan Jane en ik s'avonds na de Kring samen naar de verjaardag van Ronnie van Halteren. Ronnie is heel lang roadie van Vengeance geweest, heeft ook lang op de Kring gezeten en zodoende kennen we hem goed. Daarna breng ik Jane naar huis.

Op 2 en 3 maart ben ik ziek, een woensdag en donderdag. Op de donderdagavond is er in die tijd meestal een bandje en op deze avond begint Jane tegen Connie Eikhout te klagen over mij. Ik kon beter ziek blijven dan konden ze vervanging aanvragen. Ik weet niet wat ik hoor en raak behoorlijk ontstemd, zeker als Jane zo begint. Juist nu we elkaar nodig hebben. Ik weet niet wat ik zal doen en denk er het weekend over na. Maar dan is Jane ziek vanaf de 7de maart en op die maandag schrijf ik haar een brief. Ik schrijf haar ook dat ik zeer ontstemd ben over haar verhaal tegen Connie en vraag of zij het zo leuk zou vinden als ik nu zou zeggen dat zij maar ziek moest blijven.

Op vrijdagmiddag 11 maart komt Jane op bezoek. We praten bij en ze vindt het ook niet leuk wat ze gedaan heeft. Later komen we weer terug op haar financiele situatie en er wordt druk gerekend en bekeken wat er aan te doen valt maar er schijnen niet veel mogelijkheden te zijn. Ook durft ze niet meer te solliciteren op een baan, bijvoorbeeld op een huishoudschool of een MBO-opleiding waar ze les zou kunnen geven.

Ze krijgt weer een huilbui als ze opmerkt dat ze haar verdere leven moet doorbrengen tussen alleen zwakbegaafde jongeren.Voor haar gevoel is de Kring al zo goed als verdwenen. En juist daarom probeer ik haar aan te zetten tot sollicitaties.

Op maandagavond 14 maart besluiten Nancy en ik naar de Kring te gaan als de groepen zijn afgelopen. We weten dat Jane vaak alleen naar huis loopt met haar tasjes en dat is nog een aardig eind van de Zwijsenstraat naar haar toe. Ze is er nog en we hebben vrij lang in de bar gezeten met z'n drieeen. Ze vertelt onder andere dat ze thuis altijd het zorgenkindje is geweest. Ook praten we over het werk, de groepen en welke groepen ze van mij zou kunnen overnemen. Dan brengen we haar naar huis.

Op donderdagavond 17 maart is er weer een bandje op de Kring en raar genoeg begint Jane weer over mij te klagen, nu tegen Els Simons. Het blijkt dat Els Jane al lange tijd niet heeft gezien en Els, op de hoogte van de situatie van Jane, stelt voor om snel een afspraak te maken of te komen logeren. Dat deed ze ook wel eens bij Els. Maar Jane heeft echt geen tijd voor een afspraakje. Was ze al zo met andere dingen bezig dat een momentje voor Els er niet meer af kon? Els was altijd een goede vriendin van Jane en hoe vaak zijn ze niet samen gaan stappen? Bij Els kon ze altijd haar hart uitstorten en praten over John die bij haar weg was gegaan, wat ze over mannen dacht, de Bijbel, haar huis etc. Els had haar na het stuklopen van de relatie met John voorgesteld om een tijdje bij haar te komen logeren maar daar was ze niet op ingegaan.

Intussen wordt dat gekanker over mij nu een raadsel. Er is iets maar wat? Ik ben ook niet boos maar vraag me af hoe dit in godsnaam mogelijk is in zo'n korte tijd. Zondag 20 maart komt Els met haar vriend op bezoek en we hebben het over Jane. Els vindt het ook wat vreemd maar wat er aan de hand is weten we niet. Els hoort dan ook het verhaal van Jane tegen Connie Eikhout.

Dan weer doet er zich iets vreemds voor. Op dinsdagavond de 22ste maart heb ik Andre Snijders, die zich met paranormale zaken bezighoudt, voor de Kokpit uitgenodigd. Ik vraag aan Jane of ze erbij wil zijn maar dat wil ze niet. Ik vraag dan of ik voor haar ook iets zal vragen aan hem, en ze schrikt behoorlijk. Ze wil er niets van weten en ik moet beloven dat ik dat echt niet zal doen. Ik heb het ook niet gedaan maar via deelnemers van de groep informeert ze of ik echt niets over haar heb gevraagd aan Andre Snijders.

Ook Erik maakt een aantal dingen mee met Jane die opnieuw lijken te bevestigen dat er iets aan de hand is. Op een middag wandelen Jane en Erik in de pauze en wil Jane het kerkhof bezoeken (op de Bredaseweg?). Ze vertelt dan hoe zij een graf mooi vindt en hoe het er zon beetje uit moet zien. Het opvallendste voorval doet zich voor als Erik een keer bij Jane op bezoek is tijdens heel slecht weer. Het regent hard en ergens in huis lekt het erg waarop Erik voorstelt om het lek te verhelpen. Maar Jane is blijkbaar niet meer geinteresseerd en merkt op 'dat dat niet meer nodig is'. Slechts na enig aandringen van Erik's kant is ze alsnog bereid ergens wat dakpannen te halen waarna Erik in de stromende regen het euvel verhelpt.

En dan zijn er ook een of twee avonden waarop ik schrik van Jane zoals zij binnenkomt s'avonds. Dit is toch niet de Jane die we kennen. Ze ziet er slecht en in en in droevig uit. De haren hangen donker en doods naar beneden, de ogen staan angstig somber. Op mij heeft het een keer zo'n effect gehad dat ik zelf de blik afwendde in plaats van te vragen wat er toch aan de hand was. Maar het laatste voorval van 17 maart en haar grillig gedrag droegen er ook toe bij dat ik haar een beetje ontweek.

Vrijdag 25 maart gaan Nancy en ik op bezoek bij Rob en Ger. Naast al haar vriendinnen heeft ze Ger als hele goede vriendin. Die kent ze ook al heel lang van de Kring. Van Ger horen we dat ze dezelfde vrijdagmiddag nog op bezoek is geweest.

Maandag 28 maart 1988

Zoals gewoonlijk ga ik s'middags naar de Kring. Door allerlei dingen, de basiseducatie, mijn gepland vertrek, heb ik ook niet zoveel lol meer in het werk en ik scharrel routinematig wat rond. Wil Loonen zit er ook en heeft om 14.00 uur een afspraak met Jane.

"Nou, dat zal ze fijn vinden, zo'n klote be-afspraak", denk ik maar. Maar ze verschijnt niet en ook ik bel een keer maar geen gehoor. Tegen vijfen pak ik m'n biezen en ga naar huis. Rond half zes, vlak voordat we gaan eten bij Joost Grimminck, belt Frans Bruggeling op. Hij had een afspraak met Jane en heeft haar opgebeld. Tot zijn schrik neemt bij Jane de recherche op en vraagt Frans in welke hoedanigheid hij in verband staat met Jane.

"Er moet iets ergs aan de hand zijn", zegt Frans tegen mij. Direct daarna bel ik Richard, de broer waarmee Jane veel contact heeft, en vertel hem het verhaal. Hij zal eens gaan kijken zegt hij.

Vlak voor zes uur zitten we aan tafel bij Joost Grimminck met Nancy, Agnes, Wannes, Jan en ik. We praten over Jane en er hangt een spanning. Ook Jan en Joost hebben veel goede herinneringen aan Jane, vooral Joost die haar meer ziet dan Jan. Ik besluit toch maar te bellen naar Richard en vraag met angst of het iets ergs is. Het is heel erg zegt Richard aan de andere kant van de lijn. Onze Jane is overleden, ze heeft zich opgehangen, op 27 maart, waarschijnlijk in de nacht op 28 maart heeft ze haar besluit in de daad omgezet.

[Toch zijn er nog steeds onduidelijke dingen. Op dezelfde maandag heeft ook Connie een afspraak met Jane. Als ze voor de afspraak komt wordt er niet open gedaan. Toch wordt later op de middag op de deur een briefje voor Frans gevonden met de mededeling dat de sleutel van het huis onder de vuilnisbak ligt. Uiteindelijk, maar waarom is niet duidelijk, vindt de buurman de eigenaar van La Cabane haar en belt de politie. Is ze dan nog in leven als Connie aanbelt?]

Op het moment dat ik dit schrijf is het 2 maart 1991, bijna 3 jaar na haar dood en nog doet het zeer als ik het verhaal opnieuw voor me zie. Het zijn de laatste zeven maanden van haar leven gezien vanuit haar werk en de dingen daar omheen, meer niet. Maar je vraagt je af wat er precies mis is gegaan, waarom heb ik toch niet gevraagd waarom ze er zo slecht en somber uitzag, hoe heeft ze het kunnen doen? We moeten toch allemaal een beetje blind geweest zijn voor haar verdriet en eenzaamheid.

Ik weet alleen dat ze tot die laatste zeven maanden een gelukkige tijd heeft gehad op de Kring, haar tweede huis, en dat ze met het afbreken van de Kring en alles wat daar zogenaamd bij hoorde ook bij Jane dingen hebben afgebroken.

Dit verhaal heb ik opgeschreven omdat ik het belangrijk vond om daarmee die ellendige zeven maanden af te sluiten. Jane ontmoette ik voor het eerst in het begin van de 70-er jaren, mogelijk zelfs al eerder, eind 60-er jaren. Per 1 augustus 1976 kwam ze op de Kring werken en wat was ze vaak naïef en onwetend als het ging over rijksregelingen, arbeidsvoorwaarden zodat er genoeg momenten waren dat ik me soms zelfs ergerde aan haar als staflid. Maar ook kan ik nooit vergeten dat ze altijd behulpzaam was, voor veel deelnemers het zonnetje in huis, een zeer eigen sfeer had en in haar hart een door en door goede vrouw was.

Dit verhaal wil ik eindigen met het gedicht dat Els Simons op maandagnacht 28 maart voor Jane heeft gemaakt.

Jane,

Crawfurdje, waarom je het hebt gedaan

zal iedereen niet weten

toch zal niemand je

ooit kunnen vergeten

Je dacht dat liefde er

voor jou niet meer zou kunnen zijn

Een grote grauwe wolk

viel over de zonneschijn

Jouw eigen onvoorwaardelijke liefde

voor God en alle mensen

wierp zoveel vruchten af

we konden niet meer wensen

Ik had jou nodig lieve Jane

kon zo fijn met je praten

je was me vaak tot steun

en hebt me nu verlaten

Ik ben niet boos, o nee, dat niet

alleen heel erg verdrietig

dat je niet meer bij ons wou zijn

we voelen ons zo nietig

Ik weet, je zat diep in de put

probeerde door te vechten

greep alle leuke dingen aan

maar stond niet op je rechten

was bang te snel een last te zijn

je wilde ook niet zeuren

O Jane wat doet het me toch pijn

vrouw met zovele kleuren

Jouw keuze wil ik respekteren

om nu bij God te zijn

Rust zacht, waar ook je weg zal gaan

Je hebt het vast heel fijn

28/29 maart Els Simons

 

Een epiloog?

In de weken en maanden daarna is er tijden nagepraat en nagedacht door iedereen die vertrouwd met haar omging. Voor de meesten is toen duidelijk geworden hoe ze naar alle waarschijnlijkheid té veel te verwerken kreeg in een té korte tijd. Daar waren de zorgen rond het huis, vooral toen John Snels opstapte voor een andere vrouw, de zware bijbaan bij Smarius omdat ze anders de kosten niet kon opbrengen, het verdwijnen van de werksoort waar ze zich zo thuis in voelde, haar vlucht naar de bijbel om toch een beetje zicht te krijgen op deze boze en onrechtvaardige wereld, het vertrek van collegas zoals Henk, Jan, Erik en ik en tenslotte de afschuwelijke bejegening door de stichting. Wie weet, misschien heeft dat laatste wel de doorslag gegeven om er maar voorgoed mee te kappen.

L.V.M. Tilburg 8 maart 1991